Laatst bijgewerkt: 25 februari 2025

© Foto: Johan Quinten

© Foto: Jesse Jente Koster

© Foto: Loek van der Klugt

IUCN-status: Niet bedreigd (2020)

Nederlandse naam: Potloodvisje.

Wetenschappelijke naam: Nannostomus beckfordi.

Synoniemen: Nannostomus anomalus, Nannostomus simplex, Nannostomus aripirangensis, Nannostomus aripiragensis, Nannostomus beckfordi surinami.

Oorsprong: Guyana, Rio Negro en de Amazone.

Biotoop: Zuid-Amerikaans.

Geslachtsonderscheid: Volwassen mannetjes hebben 2 rode strepen en de vinnen hebben ook een roodachtige kleur. Ook hebben de mannetjes een blauw vlekje op de aarsvin.

Temperatuur: 23 - 26 graden Celsius. In de natuur hebben deze vissen te maken met schommelende temperaturen. De temperatuur altijd op hetzelfde houden is daarom niet aan te bevelen en kan de gemiddelde levensduur van de vissen verkorten.

pH: 6 tot 7,5.

GH: 1 tot 15.

Licht: Matig.

Beplanting: Dichte randbeplanting en wat drijfplanten.

Bodembedekking:  Donker gekleurd zand of grind. Wat bladafval (gedroogde eiken of beuken bladeren) op de bodem en (kien)hout of takken worden zeker op prijs gesteld.

Stroming: Matig tot normaal.

Leeftijd: 4 jaar.

Lengte: 6 tot 6,5 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer en levend voer.

Aquariummaat: 80 cm.

Waterlaag: Boven.

Karakter: Vreedzaam, mannetjes onderling willen nog wel eens ruzie maken maar dat loopt zelden verkeerd af.

Aantal: Schooltje van minimaal 10 vissen.

Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja.

Tijd voor uitkomen eitjes: Na 5 dagen.

Bijzonderheden: 

Kweekinfo: De kweek met het Potloodvisje is redelijk makkelijk.

De kweekbak mag niet al te klein zijn; een ruime bak biedt betere omstandigheden voor de vissen en vergroot de kans op een succesvolle kweek. Voordat het paartje in de kweekbak wordt geplaatst, dienen ze goed voorbereid te worden door ze gedurende ongeveer een week uitsluitend te voeden met levend voer. Dit verhoogt niet alleen hun conditie, maar stimuleert ook het paargedrag. Pas na deze intensieve voorbereidingsperiode kan het paartje in de kweekbak worden geplaatst, waar ze hopelijk snel tot voortplanting overgaan.

Aan de waterkwaliteit worden zeer hoge eisen gesteld die cruciaal zijn voor het succes van de voortplanting. Het water moet heel zacht en zuur zijn, wat de natuurlijke omstandigheden van de vissen nabootst. Daarnaast dient de kweekbak te worden ingericht met een aantal bosjes Javamos; dit is noodzakelijk omdat de eitjes daar tussen worden afgezet. Voor een optimale omgeving moet de kweekbak matig verlicht zijn, om stress voor de vissen te minimaliseren. Als alternatief voor het Javamos kan men ook een afzetrooster gebruiken of een laag knikkers op de bodem leggen. Deze zorgen ervoor dat de eitjes tussen de openingen vallen, zodat de ouders er niet meer bij kunnen komen en de eitjes beter beschermd zijn tegen opeten.

Zodra de eitjes zijn afgezet, moeten de ouders direct uit de kweekbak worden verwijderd om te voorkomen dat ze de eitjes opeten. Na ongeveer vijf dagen, afhankelijk van de omstandigheden, komen de eitjes uit en beginnen de jongen zich te ontwikkelen. Wanneer de jongen zelfstandig gaan zwemmen, kan men starten met het voeren van fijn levend voedsel zoals Cyclops en Artemia-naupliën. Dit voedsel ondersteunt hun groei en ontwikkeling optimaal. Voer de jongen meerdere keren per dag kleine porties en ververs regelmatig een gedeelte van het water in de kweekbak. Dit helpt om de waterkwaliteit hoog te houden, wat essentieel is voor de gezondheid en groei van de jongen.


Hoe nuttig vond u dit artikel?

Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.

(Plaatsing star-rating 25-02-2025)

Rating: 0 sterren
0 stemmen


👉 Misschien vindt u onderstaande Nannostomus soorten ook interessant:

Nannostomus eques

(Bruin potloodvisje)

Nannostomus mortenthaleri

(Rode dwerg potloodvisje)

Nannostomus beckfordi

(Potloodvisje)

Nannostomus rubrocaudatus

(Paars potloodvisje)