IUCN-status: Onzeker (2018)

Nederlandse naam: Roodkopcichlide, Vuurkopcichlide.

Wetenschappelijke naam: Vieja melanurus. De naam van deze soort is nogal eens veranderd en ook nu pas geleden is er weer een discussie over bezig of de Vieja synspila en de Paratheraps melanurus nu één soort is of dat het twee soorten zijn. Wij houden het nu maar op Vieja melanurus (de laatst erkende naam tot nu toe) totdat de geleerden het eens zijn geworden en het weer veranderen.

Synoniemen: Heros melanurus, Cichlasoma melanurum, Paraneetroplus melanurus, Paraneetroplus melanura, Vieja melanura, Heros melanopogon, Cichlasoma synspilum, Paraneetroplus synspilus, Vieja synspila, Vieja synspillum, Paraneetroplus synspila, Cichlaurus hicklingi, Cichlasoma hicklingi.

Oorsprong: Mexico, Guatemala en Belize.

Biotoop: Midden-Amerikaans.

Geslachtsonderscheid: Volwassen mannetjes zijn groter en intenser gekleurd dan de vrouwtjes. Op oudere leeftijd krijgen de mannetjes een bult op de kop.

Temperatuur: 23 - 30 graden Celsius.

pH: 7 tot 7,8.

GH: 6 tot 13.

Licht: Matig.

Beplanting: Men kan proberen harde sterke planten te gebruiken, echter eindigen zelfs die vaak in de maag van de vis.

Bodembedekking: Gebruik zand want ze graven graag. Houtstronken, takken en platte stenen waar schuilplaatsen van worden gemaakt mogen zeker niet ontbreken.

Stroming: Matig.

Leeftijd: 10 jaar.

Lengte: Mannetjes tot 35 cm en vrouwtjes tot 30 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer, groenvoer en levend voer.

Aquariummaat: 200 cm.

Waterlaag: Midden en onder.

Karakter: Ze zijn behoorlijk vreedzaam tenzij ze een nest of jongen hebben, dan kunnen ze agressief worden en mannetjes onderling zijn agressief naar elkaar. Natuurlijk niet bij kleine vissen of garnalen houden, dat zien ze als voedsel.

Aantal: Paartje.

Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Nee, maar ze kunnen prima samen leven met andere soortgelijke medebewoners.

Tijd voor uitkomen eitjes: Na ongeveer 3 dagen.

Bijzonderheden: 

​

Kweekinfo: Het kweken met deze soort is vrij eenvoudig maar het kan wel lang duren voordat men een geschikt paartje heeft gevonden.

 

Na de ei afzetting, dat wordt meestal op een steen gedaan, zorgt het vrouwtje voor de eitjes en later voor de jongen. Het mannetje bewaakt het territorium.

 

De jongen komen na ongeveer 3 dagen tevoorschijn en nog eens een week later gaan ze vrij rondzwemmen. Men kan de jongen grootbrengen met Artemia, microwormen, fijngewreven droogvoer etc. De ouders blijven overigens nog een hele tijd voor de jongen zorgen.