Laatst bijgewerkt: 22 februari 2025

© Foto: Brad Snider

© Foto: Paul Mestrum

© Foto: Paul Mestrum

IUCN-status: Niet bedreigd (2020)

Nederlandse naam: Zilverstreeppantsermeerval.

Wetenschappelijke naam: Brochis agassizii.

Synoniemen: Corydoras agassizi, Corydoras agassizii.

Oorsprong: Het Amazonegebied bij de grens van Peru en Brazilië.

Biotoop: Zuid-Amerikaans.

Geslachtsonderscheid: Volwassen vrouwtjes zijn voller gebouwd dan het mannetje en worden iets groter.

Temperatuur: 22 - 27 graden Celsius.

pH: 6 tot 8.

GH: 8 tot 12.

Licht: Normaal.

Beplanting: Normale beplanting, bij gebruik van drijfplanten er wel voor zorgen dat er grote open stukken zijn waar ze lucht kunnen happen.

Bodembedekking: Gebruik fijn afgerond zand anders kunnen hun baardharen beschadigen. Verder de bak inrichten met schuilholen, kienhout, grotten en stenen.

Stroming: Matig tot hard.

Leeftijd: 5 jaar.

Lengte: 6 tot 7 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer, groenvoer en levend voer.

Aquariummaat: 60 cm.

Waterlaag: Bodembewoner.

Karakter: Vreedzaam.

Aantal: Groepsvis, minimaal 6.

Geschikt voor: Beginners.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja, mits er voldoende schuilplaatsen aanwezig zijn.

Tijd voor uitkomen eitjes: Na 5 dagen.

Bijzonderheden: 

Kweekinfo: Het kweken van deze soort is vrij makkelijk.

Neem een aparte kweekbak om het meest optimale kweekresultaat te behalen. Plaats in de kweekbak bij voorkeur 2 mannetjes en 1 vrouwtje, zodat er een goede balans is. Indien men niet helemaal zeker is van het geslacht van de vissen, kan men er ook voor kiezen een klein groepje van 5 exemplaren in de kweekbak te plaatsen. Het is belangrijk om de vissen gedurende een week te voeren met een zeer gevarieerd voedingsaanbod, waaronder ook levend voedsel zoals bijvoorbeeld artemia of ander klein levend voer. Na deze week verlaagt men geleidelijk de temperatuur langzaam naar ongeveer 19 graden Celsius. Dit kan men ook bereiken door een deel van het water in de kweekbak te verversen en te vervangen door fris, koud water.

De vissen zullen naar verwachting diezelfde nacht, of uiterlijk de nacht daarna, beginnen met het afzetten van de eitjes. Zodra een of meerdere vrouwtjes starten met het afzetten van de eieren, zullen de overige vissen snel volgen en eraan deelnemen. Hierdoor ontstaat er een natuurlijke cyclus, waarbij de activiteit wordt voortgezet, ongeacht of een individuele vis op dat moment zelf eitjes produceert of niet. Wanneer de eitjes zijn afgezet, is het van groot belang dat men de volwassen vissen direct verwijdert uit de kweekbak. Dit is nodig omdat zij anders geneigd zullen zijn de eitjes op te eten, wat het succes van de kweek ernstig kan verminderen. Om de ontwikkeling van de eitjes te bevorderen, is het belangrijk ervoor te zorgen dat de verlichting in de kweekbak niet te fel is. Te sterke verlichting kan er namelijk toe leiden dat de eitjes beschimmelen, wat hun overlevingskansen negatief beïnvloedt.

Na een periode van ongeveer 5 dagen zullen de eitjes uitkomen en de jonge visjes verschijnen. De jongen kunnen het beste worden grootgebracht met zeer fijne voeders, zoals minuscule ongewervelden. Voorbeelden hiervan zijn Cyclops en Artemia-naupliën, die uitstekend geschikt zijn door hun kleine formaat en hoge voedingswaarde. Door deze zorgvuldige aanpak kunnen de jonge vissen zich optimaal ontwikkelen.


Hoe nuttig vond u dit artikel?

Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.

(Plaatsing star-rating 22-02-2025)

Rating: 0 sterren
0 stemmen