IUCN-status: Niet bedreigd (2021)

Nederlandse naam: Bloedvlektetra.

Wetenschappelijke naam: Hyphessobrycon erythrostigma.

Synoniemen: Hemigrammus erythrostigma, Hyphessobrycon rubrostigma.

Oorsprong: Zuid-Amerika (Colombia, Brazilië, Peru).

Biotoop: Zuid-Amerikaans.

Geslachtsonderscheid: De rugvin van het mannetje is sterk verlengd. De vrouwtjes hebben een vollere buikpartij en blijven iets kleiner.

Temperatuur: 22 - 26 graden Celsius.

pH: 6,5 tot 7,5.

GH: 3 tot 10.

Licht: Zwak tot matig.

Beplanting: Dichte beplanting. Drijfplanten zijn aan te raden en dan kan de verlichting wat sterker.

Bodembedekking: Zand of grind. Wat bladafval (gedroogde eiken of beuken bladeren), kienhout en takken worden zeker op prijs gesteld.

Stroming: Matig.

Leeftijd: 5 jaar.

Lengte: 5 tot 10 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer en levend voer.

Aquariummaat: 80 cm.

Waterlaag: Midden.

Karakter: Vreedzaam.

Aantal: Schooltje van minimaal 6 vissen.

Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja.

Tijd voor uitkomen eitjes: Na 2 tot 3 dagen.

Bijzonderheden: Als het groepje van deze vissen te klein is, minder dan 5, zullen ze wegkwijnen en/of agressief worden tegenover medebewoners.

Kweekinfo: Voor een succesvolle kweek moeten de omstandigheden perfect zijn. Helaas is er geen exacte informatie beschikbaar, omdat deze niet is gedocumenteerd.

De paar keren dat het met succes gelukt is, heeft men het mannetje apart in een speciaal voorbereide kweekbak geplaatst. Deze kweekbak was zorgvuldig ingericht en voorzien van verschillende soorten planten zoals Myriophyllum, Cabomba, Javamos en diverse drijfplanten om een geschikte omgeving te creëren. Het mannetje werd gedurende deze tijd intensief gevoerd met uitsluitend levend voer, zoals zwarte muggenlarven en fruitvliegjes, om zijn conditie optimaal te houden en het kweekproces te bevorderen.

Na een aantal dagen werd het vrouwtje voorzichtig aan de kweekbak toegevoegd. Na het uitvoeren van het typische paringsritueel worden de eitjes vervolgens verspreid tussen de planten. Het is noodzakelijk om de ouders meteen na het leggen van de eitjes te verwijderen, omdat ze anders geneigd zijn de eitjes direct op te eten. De eitjes komen doorgaans na 2 tot 3 dagen uit. Enkele dagen daarna beginnen de jongen vrij rond te zwemmen. Deze jongen kunnen succesvol worden grootgebracht door ze te voeren met Artemia, stofvoer of fijngewreven droogvoer, zodat ze voldoende voedingsstoffen binnenkrijgen voor een gezonde groei.