IUCN-status: Niet bedreigd (2019)
Nederlandse naam: Regenboog cichlide.
Wetenschappelijke naam: Herotilapia multispinosa.
Synoniemen: Heros multispinosus, Archocentrus multispinosus.
Oorsprong: Costa Rica, Nicaragua en Honduras.
Biotoop: Midden-Amerikaans.
Geslachtsonderscheid: Bij de mannetjes loopt de rugvin uit in een punt en bij de vrouwtjes is deze afgerond.
Temperatuur: 21 - 36 graden Celsius. De extreme temperaturen kunnen ze niet te lang volhouden.
pH: 7 tot 8.
GH: 7 tot 12.
Licht: Zwak tot matig.
Beplanting: Zorg voor wat sterke planten.
Bodembedekking: Plaats een laag zand waartussen men hier en daar wat (platte) stenen legt. Ook wat hout mag niet vergeten worden.
Stroming: Zwak tot matig.
Leeftijd: 5 jaar.
Lengte: 13 tot 17 cm.
Voedsel: Droogvoer, groenvoer, algen, diepvriesvoer en levend voer.
Aquariummaat: 100 cm.
Waterlaag: Onder het midden.
Karakter: Vreedzaam, alleen in de paartijd zijn ze agressief tegen andere bewoners.
Aantal: Per paartje.
Geschikt voor: Beginners.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Kan, mits de medebewoners niet al te klein zijn.
Tijd voor uitkomen eitjes: Na ongeveer 3 dagen.
Bijzonderheden:
Kweekinfo: Het kweken met de Regenboog cichlide is niet moeilijk.
Als zich een koppel heeft gevormd gaan ze vanzelf wel paren. Zorg dat er stenen of andere objecten aanwezig zijn waar de eitjes op afgezet kunnen worden. De uitgekozen steen zal eerst grondig worden schoongepoetst door de ouders. Er worden zo'n 1000 tot wel 2000 eitjes afgezet. Het vrouwtje zorgt voor de eitjes en het mannetje houdt de overige bewoners uit de buurt van het nest.
Na ongeveer 3 dagen komen de eitjes uit, de jongen worden dan verplaatst naar andere kuiltjes in de grond. Als de jongen rond gaan zwemmen kunnen ze in eerste instantie worden gevoerd met Cyclops en Artemia-naupliën. Als ze wat groter zijn geworden kan men ze voeren met watervlooien, fijngewreven droogvoer en ander voedsel wat in het bekje past.