IUCN-status: Niet bedreigd (2020)
Nederlandse naam: Luipaard kogelvis.
Wetenschappelijke naam: Dichotomyctere nigroviridis.
Synoniemen: Tetrodon nigroviridis, Chelonodon nigroviridis, Tetraodon nigroviridis, Tetraodon potamophilus, Tetrodon simulans, Arothron simulans, Tetraodon simulans, Tetraodon fluviatilis.
Oorsprong: Zuidoost Azië.
Water: Brakwater. Deze soort wordt nogal eens als zoetwatervis verkocht, dat is het echter beslist niet, hij hoort thuis in brakwater.
Geslachtsonderscheid: Met het oog geen zichtbaar verschil waarneembaar.
Temperatuur: 23 - 26 graden Celsius.
pH: 8.
GH: > 20.
KH: 4 - 8.
Licht: Matig.
Beplanting: Dichte beplanting en drijfplanten als men hem in zoetwater houdt. Iets wat tijdelijk wel kan maar niet voor altijd.
Bodembedekking: Fijn afgerond zand of fijn afgerond grind. Verder worden stukken (kien)hout, rotsen en stenen zeker ook op prijs gesteld.
Stroming: Matig. Ze hebben wel een zeer sterke filter nodig, maar de stroming moet matig zijn.
Leeftijd: 10 jaar.
Lengte: 17 cm.
Voedsel: Levend en diepvriesvoer zoals slakken, garnalen, muggenlarven, mosselen, kokkels en andere schaaldieren. Zorg dat ze geregeld harde schaaldieren krijgen om het doorgroeien van de tanden te voorkomen.
Aquariummaat: 80 cm.
Waterlaag: Midden en onder.
Karakter: Agressief, zeker als ze wat ouder worden.
Activiteit: Deze soort is een zeer actieve jager.
Aantal: Solitair.
Geschikt voor: Ervaren aquariaan.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Nee.
Eventuele medebewoners: Deze kogelvis kan het beste solitair gehouden worden, zeker als ze wat ouder/groter worden (> 10 cm).
Tijd voor uitkomen eitjes:
Bijzonderheden: Zoals alle kogelvissen zijn ze gevoelig voor nitriet en ammoniak. Geregeld water verversen is dus aan te bevelen.
Als bodembedekking kan men het beste koraalgrind nemen, dit kan helpen om de groei van de tanden af te remmen.
Alle kogelvissen zijn slordige eters, het is daarom aanbevolen om een goede filter met een overcapaciteit te gebruiken.
Kweekinfo: In aquaria nog niet nagekweekt.