IUCN-status: Niet geëvalueerd
Nederlandse naam: Goudgoerami.
Wetenschappelijke naam: Trichopodus trichopterus gold.
Synoniemen:
Oorsprong: De Goudgoerami is een kweekvorm van de Blauwe Spat en komt dus niet in het wild voor. De oorspronkelijke soort komt uit Indonesië, Maleisië, Cambodja, Thailand, Vietnam en Myanmar.
Biotoop: Aziatisch.
Geslachtsonderscheid: Het mannetje is iets kleurrijker dan het vrouwtje. Bovendien loopt de rugvin van het mannetje uit in een punt en bij het vrouwtje is deze rond.
Temperatuur: 22 - 26 graden Celsius.
pH: 6,5 tot 7,5.
GH: 5 tot 16.
Licht: Matig.
Beplanting: Dichte randbeplanting en wat drijfplanten.
Bodembedekking: Zand of grind. Stukken (kien)hout en/of takken worden zeker op prijs gesteld.
Stroming: Zwak.
Leeftijd: 8 jaar.
Lengte: 8 tot 12 cm.
Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer.
Aquariummaat: 100 cm.
Waterlaag: Midden.
Karakter: Zeer vreedzaam.
Aantal: Paartje.
Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja.
Tijd voor uitkomen eitjes: 24 tot 36 uur.
Bijzonderheden: Er zijn meerdere kweekvormen van deze vis. De Blauwe spat staat erom bekend dat hij Planaria eet. Planaria is een heel klein plat en bijna doorzichtig wormpje welke je wel eens ziet op de aquariumruit waar deze zich dan langzaam voortbeweegt. Heb je dus last van Planaria dan is ook de Goudgoerami de oplossing om er weer vanaf te komen.
Kweekinfo: De kweek van de Goudgoerami is redelijk eenvoudig.
Het moeilijkste zal waarschijnlijk zijn om een geschikt koppel te vinden. Wanneer u denkt een koppel te hebben gevonden dat geschikt is voor de kweek, kunt u als volgt te werk gaan om het proces op de juiste manier te beginnen en een succesvolle kweek te bevorderen.
Voor een succesvolle kweek start men met het gebruik van een kweekbak met een inhoud van ongeveer 40 liter. Het is belangrijk dat de kweekbak wordt gevuld met een laag water van ongeveer 12 á 15 centimeter diep. Zorg ervoor dat er maar weinig tot geen stroming aanwezig is in het water, omdat dit de omstandigheden voor de kweek aanzienlijk verbetert. Voorzie de kweekbak van een paar drijfplanten of andere planten met bladeren die op het wateroppervlak blijven drijven. Deze planten spelen een essentiële rol, omdat ze helpen om het schuimnest stabiel te houden en op zijn plaats te laten blijven. Nadat het koppel in de kweekbak is geplaatst, dient men de temperatuur langzaam op te voeren tot ongeveer 28 á 30 graden Celsius. Dit proces van temperatuurverhoging moet geleidelijk worden uitgevoerd over een periode van ongeveer drie dagen om stress bij de vissen te voorkomen.
Het mannetje zal vervolgens veel tijd en energie steken in het bouwen van een stevig schuimnest. De eitjes, die lichter zijn dan water, blijven netjes tussen het schuim drijven en worden zo goed beschermd. Na een uitgebreide balts zullen de goerami's overgaan tot de daadwerkelijke ei-afzetting. Een enkel nest kan een indrukwekkend aantal bevatten, variërend van wel 1000 tot 2000 eitjes. Zodra de eitjes zijn afgezet, is het belangrijk om het vrouwtje uit de kweekbak te verwijderen. Als dit niet gebeurt, zal het mannetje het vrouwtje voortdurend opjagen of in het ergste geval zelfs verwonden of doden, omdat hij haar als een bedreiging voor het nest beschouwt.
Na het verwijderen van het vrouwtje zal het mannetje de volledige verantwoordelijkheid op zich nemen voor het nest. Hij zorgt niet alleen voor het nest, maar beschermt het ook actief tegen mogelijke bedreigingen. Als eitjes naar de bodem van de kweekbak zakken, zal het mannetje deze oppakken met zijn bek en ze vervolgens voorzichtig terugbrengen naar het schuimnest. Dit gedrag verklaart waarom het waterniveau in de kweekbak slechts 12 á 15 centimeter diep mag zijn. Hierdoor hoeft het mannetje geen lange afstanden af te leggen om de gezonken eitjes weer in het nest te plaatsen, wat hem energie bespaart en de eitjes beter beschermt.
De jongen komen binnen 24 tot 36 uur na de ei-afzetting tevoorschijn. Op dat moment is het van groot belang om ook het mannetje uit de kweekbak te halen, omdat zijn zorgtaak dan is afgerond.
Zodra de jonge vissen zelfstandig beginnen te zwemmen, kunnen ze gevoerd worden met geschikte voeding zoals Liquifry, micro-aaltjes, pantoffeldiertjes en fijn stofvoer. Het is essentieel om passende voeding te geven om hun groei en gezondheid optimaal te ondersteunen.
Hoe nuttig vond u dit artikel?
Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.
(Plaatsing star-rating 01-03-2025)