© Foto: Koen Vaske

© Foto: Koen Vaske

© Foto: Koen Vaske

© Foto: Martin van der Cruijsen

IUCN-status: Niet bedreigd (2009)

Nederlandse naam: Luipaardgoerami of luipaardklimbaars.

Wetenschappelijke naam: Ctenopoma acutirostre.

Synoniemen: Anabas acutirostris, Anabas ocellatus acutirostris, Ctenopoma acutirostris, Anabas ocellatus.

Oorsprong: Delen van West- en  centraal Afrika.

Biotoop: Afrikaans.

Geslachtsonderscheid: De mannetjes hebben meerdere stekels op de kieuwen zitten en de schubstructuur aan de basis van de staart is grover.

Temperatuur: 22 - 26 graden Celsius.

pH: 6 tot 7.

GH: 0 tot 6.

Licht: Matig.

Beplanting: Dichte randbeplanting en wat drijfplanten.

Bodembedekking: Zand of grind. Wat bladafval (gedroogde eiken of beuken bladeren) op de bodem en (kien)hout of takken worden zeker ook op prijs gesteld.

Stroming: Zwak.

Leeftijd: 15 jaar.

Lengte: 12 tot 15 cm, er zijn exemplaren bekend die wel 20 cm werden.

Voedsel: Levend voer, diepvriesvoer en soms (granulaat) droogvoer.

Aquariummaat: 100 cm.

Waterlaag: Midden.

Karakter: Mannetjes zijn onderling agressief, vissen van dezelfde grootte laten ze met rust maar kleine vissen (tot ongeveer 4 cm) zien ze als voedsel.

Aantal: 1 mannetje met meerdere vrouwtjes.

Geschikt voor: Ervaren aquariaan.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Nee.

Tijd voor uitkomen eitjes: Na ongeveer 48 uur.

Bijzonderheden: Deze vissen houden niet van felle verlichting, drijfplanten zijn dus welkom om de verlichting te temperen. Gebruik van 50% osmosewater en filteren over turf is sterk aan te raden. Wekelijks kan men het beste een kleine waterverversing van 10% doen.

Kweekinfo: De kweek van de  Luipaardgoerami is erg moeilijk en nog zelden in aquaria gelukt.

 

Over de paring is nog maar weinig bekend, en men vermoedt dat de paring waarschijnlijk seizoensgebonden is. Vermoedelijk hangt dit samen met de regentijd, omdat er dan een overvloed aan insecten aanwezig is die de vissen als voedsel kunnen gebruiken.

Als een kweek succesvol verloopt, dan strooit het vrouwtje honderden kleine, drijvende eitjes in het water, die vervolgens door het mannetje worden bevrucht. Deze vissen vertonen geen enkele vorm van broedzorg en laten de eitjes aan hun lot over.

De eitjes komen na ongeveer 48 uur uit, waarna de jongen uitkomen en in de eerste paar dagen gevoerd kunnen worden met microscopisch kleine pantoffeldiertjes. Daarna schakelen ze over op iets groters, zoals pas uitgekomen Artemia, die ze gemakkelijker kunnen eten.

 


Hoe nuttig vond u dit artikel?

Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.

(Plaatsing star-rating 02-03-2025)

Rating: 0 sterren
0 stemmen