IUCN-status: Niet bedreigd (2020)
Nederlandse naam: Antennebaarsje.
Wetenschappelijke naam: Mikrogeophagus ramirezi.
Synoniemen: Apistogramma ramirezi, Papiliochromis ramirezi, Microgeophagus ramirezi.
Oorsprong: Zuid-Amerika (Venezuela en Colombia).
Biotoop: Zuid-Amerikaans.
Geslachtsonderscheid: Het mannetje is iets groter dan het vrouwtje en wat kleurrijker, ook is de rugvin van het mannetje groter dan die van het vrouwtje.
Temperatuur: 22 - 26 graden Celsius.
pH: 5 tot 6,5.
GH: 0 tot 4.
Licht: Matig.
Beplanting: Houden van een dichte beplanting.
Bodembedekking: Zand.
Stroming: Zwak tot matig.
Leeftijd: 4 jaar.
Lengte: Mannetje ongeveer 6 cm en het vrouwtje 5 cm.
Voedsel: Droogvoer en diepvriesvoer.
Aquariummaat: 80 cm.
Waterlaag: Onder het midden.
Karakter: Vreedzaam.
Aantal: 1 mannetje met 2 of 3 vrouwtjes. Als men ze als paartje houdt wil het mannetje nogal eens vervelend tegen het vrouwtje gaan doen als hij wil paren en zij niet.
Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja, mits de pH waarde dat toelaat want het Antennebaarsje houd niet van een pH waarde die hoger is dan 6,5 (liever lager).
Tijd voor uitkomen eitjes: Na 2 of 3 dagen.
Bijzonderheden: Er zijn verschillende kweekvariëteiten wat betreft kleur en vinvormen.
Kweekinfo: De kweek met het Antennebaarsje is vrij makkelijk.
Zorg als eerste er voor dat de ouders goed doorvoed zijn, geef ze hoofdzakelijk levend voer, dat brengt de ei productie bij het vrouwtje goed op gang. Het zijn substraatbroeders, wat wil zeggen dat de eitjes op verschillende plaatsen kunnen worden gelegd zoals een plant, een steen, een bloempotje of een kuiltje in het zand.
Gebruik een kweekbak met een zandbodem, plaats er wat stenen en een bloempotje in en voorzie de kweekbak van wat Javamos. De verlichting moet worden getemperd en er moet zo min mogelijk stroming zijn.
Na de ei afzetting zorgen beide ouders voor de eitjes. Als de eitjes eenmaal zijn uitgekomen verplaatsen de ouders soms verschillende keren het hele nest door ze in de bek te nemen. Geef de ouders NOOIT watervlooien, die kunnen worden aangezien als hun eigen broedsel. Als de ouders geen broedzorg meer vertonen kan men ze er uithalen. De jongen kunnen worden gevoed met Artemia-naupliën.
© Foto: Peter van Wingerden
© Foto: Laszlo Teunissen