IUCN-status: Bedreigd (2011)

Nederlandse naam: Naakte rasbora (Naked Micro Rasbora).

Wetenschappelijke naam: Sawbwa resplendens.

Synoniemen:

Oorsprong: Myanmar.

Biotoop: Aziatisch.

Geslachtsonderscheid: Mannetjes zijn veel mooier en feller van kleur.

Temperatuur: 21 - 25 graden Celsius.

pH: 7 tot 7,5.

GH: 8 tot 20.

Licht: Matig.

Beplanting: Dichte randbeplanting. Drijfplanten zijn aan te raden en dan kan de verlichting wat sterker.

Bodembedekking: Zand of grind. Een donkere bodem wordt ook op prijs gesteld.

Stroming: Zwak tot matig.

Leeftijd: 10 jaar.

Lengte:  Tot 4 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer en klein levend voer.

Aquariummaat: 60 cm.

Waterlaag: Midden.

Karakter: Zeer vreedzaam.

Aantal: Schooltje van 12 of meer. Heeft men minder exemplaren dan worden ze erg schuw en ziet men ze zelden. Zorg ook dat u meer vrouwtjes dan mannetjes heeft (4 vrouwtjes op 1 mannetje).

Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Kan, mits samen gehouden met kleine vissen. Het is echter veel beter om ze in een speciaal aquarium te houden.

Tijd voor uitkomen eitjes: Na ongeveer 72 uur.

Bijzonderheden: Erg bijzonder aan dit visje is dat het geen schubben heeft, vandaar de naam Naakte rasbora.

Kweekinfo: Het kweken met dit visje is niet al te moeilijk.

In de kweekbak is het aan te raden om 2 of 3 lagen knikkers op de bodem te leggen, zodat de eitjes daartussen kunnen vallen en goed beschermd zijn. Voor de beplanting is Javamos een uitstekende keuze, omdat het de ideale omstandigheden biedt voor de voortplanting. Let er daarbij vooral goed op dat het water niet te warm wordt, want bij te hoge temperaturen zullen de vissen simpelweg nooit tot paren overgaan, wat natuurlijk het hele proces kan verstoren.

Plaats een koppel in de kweekbak dat ongeveer 2 weken lang zorgvuldig en goed gevoerd is met klein, levend voedsel. Dit bereidt de vissen optimaal voor en zorgt ervoor dat de paring meestal snel zal beginnen. Zodra de eitjes zijn afgezet, is het verstandig om het paartje direct uit de kweekbak te verwijderen om te voorkomen dat ze de eitjes opeten. Na een periode van ongeveer 72 uur komen de eitjes uit en begint een nieuwe fase in het proces.

Twee dagen later zullen de jongen beginnen met vrij rondzwemmen in het water. Het is belangrijk om de jongen in eerste instantie te voeren met zogenaamd “groenwater” (algen), wat essentieel is in deze vroege fase. Daarnaast kan men ander zeer klein voedsel gebruiken, zoals infusoriën, om de jongen te voorzien van alles wat ze nodig hebben voor een goede start.