© Foto: Tropische vissengids

IUCN-status: Kwetsbaar (2011)

Nederlandse naam: Dwergparadijsvis.

Wetenschappelijke naam: Pseudosphromenus dayi.

Synoniemen: Polyacanthus cupanus dayi, Macropodus cupanus dayi, Macropodus dayi, Parosphromenus dayi, Polyacanthus dayi.

Oorsprong: India, Malabarkust dichtbij Aleppey, Burma, Zuid-Vietnam en Kerala.

Biotoop: Aziatisch.

Geslachtsonderscheid: Mannetjes hebben in goede omstandigheden helderder kleuren en ook heeft het mannetje langere vinnen dan het vrouwtje. Verder is het vrouwtje wat spitser gebouwd en iets smaller dan het mannetje. De staart van het mannetje is wat spitser, het vrouwtje heeft een wat rondere staart.

Temperatuur: 20 - 24 graden Celsius.

pH: 6,5 tot 7,5.

GH: 4 tot 15.

Licht: Matig.

Beplanting: Dichte randbeplanting en wat drijfplanten.

Bodembedekking: Zand of grind. Stukken (kien)hout, rotsen en/of takken worden zeker op prijs gesteld.

Stroming: Zwak.

Leeftijd: 5 jaar.

Lengte: 6 tot 7 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer, plantaardig voer en levend voer.

Aquariummaat: 60 cm en NIET hoger dan 40 cm.

Waterlaag: Boven het midden.

Karakter: Vreedzaam, tegenover soortgenoten willen ze wel eens uithalen maar dat loopt echter zelden verkeerd af.

Aantal: Per paartje.

Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja.

Tijd voor uitkomen eitjes: 1 tot 3 dagen.

Bijzonderheden: Dit visje zien we tegenwoordig zelden meer in aquaria, ook in de winkel kom je hem nauwelijks meer tegen. Jammer, want het is een leuk en vreedzaam visje.

Kweekinfo: Het kweken van deze vis is vrij eenvoudig.

 

Men kan het paartje in een kweekbak doen, echter als het water goed zuiver is lukt de kweek zelfs in een gezelschapsaquarium wel mits er natuurlijk geen rovers inzitten.

 

Het mannetje gaat soms een schuimnest aan de oppervlakte maken, echter gaat het ook prima in een bloempot of kokosnoot.

Ook daarin wordt dan een schuimnest gemaakt en deze is natuurlijk veel makkelijker te bewaken.

De paring verloopt altijd rustig en zonder agressie, ook het verdedigen van het nest verloopt zonder agressief gedrag.

 

Het mannetje lokt het vrouwtje naar het nest, na een aantal schijnparingen komt de echte paring. Er worden zo'n 60 tot 100 eitjes in het nest gelegd die na een paar dagen uitkomen. Twee dagen later gaan de jongen zwemmen en nog ongeveer een week later krijgen ze wat kleur.

 

Als het aquarium goed beplant is kunt u vaak rustig de natuur zijn gang laten gaan, de ouders laten de jongen bijna altijd met rust. De eerste paar dagen kan men de jongen met infusoria voeren, daarna met stofvoer of fijngewreven droogvoer. De jongen zullen snel groeien en zijn vaak na 2 maanden al zo'n twee centimeter groot.