Laatst bijgewerkt: 23 februari 2025

© Foto: Hans Harreveld

IUCN-status: Niet geëvalueerd

Nederlandse naam: Blokvisje of Florida tandkarper.

Wetenschappelijke naam: Jordanella floridae.

Synoniemen: Cyprinodon floridae.

Oorsprong: Florida, Yucatan en Mexico.

Biotoop: Midden-Amerikaans.

Geslachtsonderscheid: Het mannetje is niet alleen groter, maar ook opvallend kleurrijker dan het vrouwtje. Bij het vrouwtje is daarentegen de zwarte vlek op de flank veel beter zichtbaar, en bovendien heeft zij een extra zwarte vlek op de rugvin – een kenmerk dat het mannetje volledig mist.

Temperatuur: 18 - 25 graden Celsius. Kunnen ook prima op kamertemperatuur worden gehouden want als het water te warm is kwijnen ze weg.

pH: 7 tot 7,5.

GH: 2 tot 20.

Licht: Veel.

Beplanting: Langs de randen en achtergrond moet het aquarium dicht beplant zijn maar zorg wel dat er voldoende zwemruimte over blijft. Drijfplanten worden ook op prijs gesteld.

Bodembedekking: Zand of grind.

Stroming: Zwak.

Leeftijd: 2 jaar.

Lengte: 5 tot 6 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer, klein levend voer, groenvoer maar als hoofdvoedsel zijn algen belangrijk (vooral draadalgen). Volwassen vissen willen ook nog wel eens zachte planten voor voedsel aanzien, zeker bij gebrek aan algen.

Aquariummaat: 60 cm.

Waterlaag: Overal.

Karakter: Semi agressief, vooral het mannetje in de paartijd.

Aantal: Schooltje van minimaal 6 stuks of een harem van 1 mannetje met meerdere vrouwtjes.

Geschikt voor: Ervaren aquariaan.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Nee.

Tijd voor uitkomen eitjes:

Bijzonderheden: Dit visje leeft zowel in zoet- als brakwater, maar niet in zoutwater. Voor het aquarium is een plek met voldoende zonlicht essentieel. Zorg dat de randen en de achtergrond dicht beplant zijn. Het zonlicht stimuleert de groei van algen, die dienen als hun belangrijkste voedselbron.

Kweekinfo: Het kweken met het Blokvisje is niet al te makkelijk.

Het water in de (kweek)bak dient zacht en zuur te zijn om een kweekpoging te laten lukken. Dit is een cruciale voorwaarde om de ideale omstandigheden te creëren voor het voortplantingsproces. Een temperatuur van 23 tot 25 graden Celsius is dan sterk aanbevolen, aangezien deze warmtegraad doorgaans de beste resultaten oplevert voor de kweek.

Om een partner te lokken, pronkt het mannetje opvallend met zijn roodachtige vinnen, wat een essentieel onderdeel is van het baltsgedrag. Na het afzetten van de eitjes, die meestal zorgvuldig tussen de planten of in een kuiltje worden gelegd, wordt het vrouwtje resoluut weggejaagd. Het is dan ook beter om het vrouwtje op dat moment uit de kweekbak te verwijderen. Het mannetje neemt vervolgens de verantwoordelijkheid op zich door een vorm van broedzorg en bewaakt zeer fanatiek het legsel om het te beschermen. Nadat de jongen zijn uitgekomen, is de broedzorg volledig voorbij en moeten de jongen het vanaf dat moment helemaal zelf zien te redden.

Wanneer de jongen beginnen te zwemmen, kan men ze zonder enige problemen voeren met fijn stofvoer en (draad)algen. Dit voedsel voorziet hen van de noodzakelijke voedingsstoffen die ze nodig hebben om gezond te groeien.


Hoe nuttig vond u dit artikel?

Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.

(Plaatsing star-rating 23-02-2025)

Rating: 5 sterren
1 stem