Laatst bijgewerkt: 23 februari 2025
IUCN-status: Bedreigd (2019)
Nederlandse naam: Ceylon-dwergrasbora.
Wetenschappelijke naam: Rasboroides vaterifloris.
Synoniemen: Rasbora vaterifloris, Rasbora vaterifloris ruber, Rasbora vaterifloris typica, Rasbora vaterifloris rubioculis, Rasbora nigromarginata, Rasbora vaterifloris pallida.
Oorsprong: Azië (Ceylon en Sri Lanka).
Biotoop: Aziatisch.
Geslachtsonderscheid: Volwassen mannetjes zijn intensiever van kleur en kleiner dan de vrouwtjes.
Temperatuur: 24 - 29 graden Celsius.
pH: 6 tot 7,2.
GH: 2 tot 9.
Licht: Matig.
Beplanting: Dichte beplanting met nog wel voldoende zwemruimte. Drijfplanten zijn aan te raden en dan kan de verlichting wat sterker.
Bodembedekking: Zand of grind. Wat bladafval (gedroogde eiken of beuken bladeren) op de bodem en (kien)hout of takken worden zeker ook op prijs gesteld.
Stroming: Matig.
Leeftijd: 5 jaar.
Lengte: Tot 4 cm.
Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer en levend voer.
Aquariummaat: 60 cm.
Waterlaag: Midden.
Karakter: Zeer vreedzaam.
Aantal: Schooltje van 6 of meer.
Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja, mits samen gehouden met kleine vissen.
Tijd voor uitkomen eitjes: Na zo'n 18 uur.
Bijzonderheden:
Kweekinfo: Het kweken van de Ceylon-dwergrasbora is een uitdagende opgave die de nodige kennis en zorg vereist.
De kweekbak hoeft niet al te groot te zijn, maar het is belangrijk dat deze goed wordt ingericht en beplant met geschikte planten die bijdragen aan een evenwichtige omgeving.
Het water in de kweekbak moet zacht en zuur zijn, omdat er anders geen eitjes zullen worden afgezet, en mocht dit toch gebeuren, dan zijn de eitjes vaak onvruchtbaar. De pH-waarde van het water moet tussen de 6 en 6,5 liggen, en om dit te bereiken kan men het beste filteren over turf. Daarnaast is het essentieel dat de temperatuur optimaal wordt gehouden, waarbij 28 graden Celsius als ideaal wordt beschouwd. Voor een succesvolle afzet is het van belang om de vissen goed te voeden met levend voer zoals watervlooien en muggenlarven, aangevuld met diepvriesvoer, zodat ze in uitstekende conditie zijn.
Wanneer de eitjes zijn afgezet, meestal tussen de 80 en 100, maar soms zelfs oplopend tot wel 300 stuks, moeten de ouders direct worden verwijderd, omdat zij anders de neiging hebben om de eitjes op te eten. Na een periode van ongeveer 18 uur komen de eitjes uit, waarna de larven nog 12 tot 24 uur vastgeplakt aan de planten blijven zitten en leven van hun dooierzak. Zodra ze beginnen vrij te zwemmen, kunnen ze gevoerd worden met infusoria of liquifry. Na 7 tot 14 dagen kun je overstappen op vers uitgekomen Artemia.
Hoe nuttig vond u dit artikel?
Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.
(Plaatsing star-rating 23-02-2025)