Laatst bijgewerkt: 28 februari 2025

© Foto: Rik Dekker

IUCN-status: Niet bedreigd (2018)

Nederlandse naam: Vuurtetra, Ember tetra of Vuurzalmpje.

Wetenschappelijke naam: Hyphessobrycon amandae.

Synoniemen: Hemigrammus amandae.

Oorsprong: Brazilië.

Biotoop: Zuid-Amerikaans.

Geslachtsonderscheid: Moeilijk te zien. Het mannetje is wat slanker dan het vrouwtje en het vrouwtje heeft een wat vollere buik als ze klaar is om eitjes te leggen.

Temperatuur: 23 - 27 graden Celsius.

pH: 6 tot 7.

GH: 3 tot 6.

Licht: Matig.

Beplanting: Dichte randbeplanting maar laat nog wel voldoende open zwemruimte over. Drijfplanten zijn aan te raden en dan kan tevens de verlichting wat sterker.

Bodembedekking: Zand of grind. Wat bladafval (gedroogde eiken of beuken bladeren) op de bodem en (kien)hout of takken worden zeker ook op prijs gesteld.

Stroming: Matig.

Leeftijd: 4 jaar.

Lengte: 3 cm tot 5 cm.

Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer en klein levend voer.

Aquariummaat: 60 cm.

Waterlaag: Midden en boven.

Karakter: Zeer vreedzaam.

Aantal: Schooltje van minstens 10 vissen.

Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja, mits samengehouden met kleine en rustige medebewoners.

Tijd voor uitkomen eitjes: Na ongeveer 24 tot 30 uur.

Bijzonderheden: Ook al accepteert de Vuurtetra droogvoer, ze moeten toch geregeld klein levend voer zoals muggenlarven en watervlooien krijgen om in goede gezondheid te blijven. Ook houden ze van zacht en zuur water.

Kweekinfo: Het kweken met dit visje is niet eenvoudig ook al leest men vaak dat het wel eenvoudig is.

Het kweekbakje hoeft niet al te groot te zijn en dient voorzien te zijn van voldoende fijnbladige planten waar de eitjes tussen worden afgezet. Het is belangrijk dat er genoeg beschutting is, zodat de eitjes goed beschermd zijn. Aan het water worden wel strikte eisen gesteld, het moet zacht en zuur zijn met een pH-waarde van precies 6 en een GH die lager dan 2 moet zijn om optimale omstandigheden te creëren.

Er worden meestal 50 tot 100 eitjes gelegd, netjes verspreid tussen de bladeren van de planten. Dit zorgt voor een gelijkmatige verdeling van het legsel. Direct na het afzetten moeten de ouders worden verwijderd omdat ze anders de neiging hebben om de eitjes op te eten. De kweekbak moet zéér matig worden verlicht, zodat er geen overmatige blootstelling aan licht is. Na slechts 24 tot 30 uur komen de eitjes al uit, en na ongeveer 5 dagen beginnen de jongen vrij rond te zwemmen, wat een teken is dat ze klaar zijn om verder te ontwikkelen.

Om ze groot te krijgen is echter erg moeilijk en vereist veel geduld en zorgvuldigheid. Men kan de jongen voeden met kleine infuusdiertjes, die geschikt zijn vanwege hun formaat en voedingswaarde, en na een paar dagen kan men overgaan op pas uitgekomen Artemia-naupliën, die ideaal zijn voor hun verdere groei.


Hoe nuttig vond u dit artikel?

Klik op een ster om jouw beoordeling achter te laten.

(Plaatsing star-rating 28-02-2025)

Rating: 0 sterren
0 stemmen