© Foto: Richard Verh

IUCN-status: Niet bedreigd (2020)

Nederlandse naam: Pseudorinelepis genibarbis, L095.

Wetenschappelijke naam: Pseudorinelepis genibarbis (L095).

Synoniemen: Rinelepis genibarbis, Rhinelepis agassizii, Pseudorinelepis agassizii, Pseudorinelepis agassizi, Plecostomus pellegrini, Pseudorinelepis pellegrini, Monistiancistrus carachama, Pseudorinelepis carachama.

Oorsprong: Amazone gebied (Brazilië, Ecuador &Peru).

Biotoop: Zuid-Amerikaans.

Geslachtsonderscheid: Volwassen mannetjes hebben verlengde odontes (verlengde haartjes) achter de kieuwdeksels, op de stekel van de borstvinnen (eerste dikke vinstraal) en op alle pantserplaten van het achterste deel van het lichaam.

Temperatuur: 22 - 28 graden Celsius.

pH: 6 tot 7.

GH: 4 tot 8.

Licht: Matig.

Beplanting: Normale beplanting, zorg wel dat de planten goed verankerd zijn want ze woelen alles om.

Bodembedekking: Bij voorkeur fijn afgerond zand, eventueel is fijn afgerond grind ook een mogelijkheid. Stukken (kien)hout zijn absoluut noodzakelijk want dat eten ze voor een goede spijsvertering. Verder stenen, rotsen en takken waarmee schuilplaatsen zijn gemaakt mogen ook zeker niet ontbreken.

Stroming: Matig tot hard.

Leeftijd: Helaas geen informatie over kunnen vinden.

Lengte: 38 tot 40 cm.

Voedsel: Alleseter maar bij voorkeur plantaardig voedsel. Met diepvriesvoer en levend voer moet men oppassen dat dat niet te vaak wordt gegeven anders krijgen ze last van hun spijsvertering wat tot de dood kan leiden.

Aquariummaat: Minimaal 120 cm.

Waterlaag: Bodembewoner.

Karakter: Vreedzaam.

Aantal: Solitair of een paartje, mannetjes onderling maken ruzie.

Geschikt voor: Beginners.

Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja, mits het aquarium voldoende groot is.

Tijd voor uitkomen eitjes: 

Bijzonderheden: Houd er rekening mee dat dit zeer grote vissen worden (tot 40 cm), ook als ze in een klein aquarium worden gehouden.

Kweekinfo: Over de kweek van deze soort heb ik weinig informatie kunnen vinden, alleen dat men dan legholen moet plaatsen.