IUCN-status: Niet bedreigd (2019)
Nederlandse naam: Klimbaars.
Wetenschappelijke naam: Anabas testudineus.
Synoniemen: Anthias testudineus, Amphiprion testudineus, Antias testudineus, Sparus testudineus, Anabas tastudineus, Anabas testudinens, Anabus testudineus, Perca scandens, Anabas scandens, Lutjanus scandens, Sparus scandens, Amphiprion scansor, Lutjanus testudo, Anabas spinosus, Anabas variegatus, Anabas macrocephalus, Anabas microcephalus, Anabas trifoliatus, Anabas elongatus, Anabas testudineus lacustri, Anabas testudineus ricei, Anabas testudineus riveri.
Oorsprong: Zuid- en Zuidoost Azië (van Indonesië tot Papoea-Nieuw-Guinea en de Australische eilanden Boigu en Saibai).
Biotoop: Aziatisch.
Geslachtsonderscheid: Het vrouwtje heeft een kortere aarsvin en een zachte rugvin.
Temperatuur: 22 - 26 graden Celsius.
pH: 6,5 tot 7,5.
GH: 2 tot 27.
Licht: Matig.
Beplanting: Dichte randbeplanting en wat drijfplanten.
Bodembedekking: Zand of grind. Stukken (kien)hout, rotsen en/of takken worden zeker op prijs gesteld.
Stroming: Zwak tot matig.
Leeftijd: 5 jaar.
Lengte: 18 tot 24 cm.
Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer en plantaardig voer.
Aquariummaat: 150 cm.
Waterlaag: Midden.
Karakter: Agressief.
Aantal: Paartje.
Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Nee.
Tijd voor uitkomen eitjes: Na 24 tot 30 uur.
Bijzonderheden: Ze zijn vrij schuw en agressief dus niet geschikt voor een gezelschapsaquarium. Ook vreten ze zachte planten aan en zijn ze zeer goede springers. Dus een goed afgedekt aquarium is een must. De naam Klimbaars doet vermoeden dat de vissen kunnen klimmen in bijvoorbeeld een boom. Dat dacht men vroeger dus ook en zo komt de vis aan zijn naam, ze werden weleens in bomen gevonden. Door later onderzoek denkt men echter dat de vissen door een vogel in een boom zijn achtergelaten en dat was het einde van een sprookje.
Er is ook een gele variant, de Gouden klimbaars.
Kweekinfo: De kweek van de Klimbaars is vrij eenvoudig.
Het aquarium dient goed beplant te zijn. Er kunnen tot maar liefst 5000 eitjes worden gelegd. Deze worden gewoon tussen de planten geworpen. De bevruchte eitjes zullen naar de oppervlakte drijven en komen na 24 tot 30 uur uit. Geen van beide ouders zal zich om de eitjes bekommeren, ze zullen ze ook niet opeten.
Als de jongen vrij rondzwemmen kan men ze groot brengen met Artemia-naupliën.