IUCN-status: Niet bedreigd (2020)
Nederlandse naam: Vijfstreepbarbeel.
Wetenschappelijke naam: Desmopuntius pentazona.
Synoniemen: Barbus pentazona, Barbus pentazona pentazona, Capoeta pentazona, Puntius pentazona, Systomus pentazona.
Oorsprong: Zuidoost-Azië (Cambodja, Indonesië, Maleisië, Singapore en Vietnam).
Biotoop: Aziatisch.
Geslachtsonderscheid: Volwassen mannetjes zijn slanker gebouwd, iets kleiner en feller van kleur dan de vrouwtjes.
Temperatuur: 22 - 26 graden Celsius.
pH: 6 tot 7,5.
GH: 4 tot 10.
Licht: Matig.
Beplanting: Dichte randbeplanting met nog wel voldoende zwemruimte. Drijfplanten zijn aan te raden en dan kan de verlichting wat sterker.
Bodembedekking: Zand of grind. Wat bladafval (gedroogde eiken of beuken bladeren) op de bodem en (kien)hout of takken worden zeker ook op prijs gesteld.
Stroming: Matig.
Leeftijd: 8 jaar.
Lengte: 4 tot 6 cm.
Voedsel: Droogvoer, diepvriesvoer en levend voer.
Aquariummaat: 80 cm.
Waterlaag: Onder het midden.
Karakter: Zeer vreedzaam.
Aantal: Schooltje van 6 of meer.
Geschikt voor: Beginners met enige ervaring.
Geschikt voor gezelschapsaquarium: Ja.
Tijd voor uitkomen eitjes: Na 1 tot 2 dagen.
Bijzonderheden: Dit is één van de vriendelijkste barbeelsoorten, ze bijten niet aan de vinnen van andere medebewoners, ook niet bij Maanvissen, Labyrintvissen en Betta splendens.
Kweekinfo: Het kweken met de Vijfstreepbarbeel is niet makkelijk.
Gebruik een kweekbak van 40 x 25 x 25 met op de bodem 2 of 3 lagen knikkers, daar kunnen de eitjes tussen vallen na de afzetting zodat de ouders ze niet op kunnen eten. Leg op de knikkers een flinke hoeveelheid Javamos en andere fijnbladige planten. De kweekbak kan het best op een donkere plaats worden gezet met een zwak lampje er boven. Zet de temperatuur op 27 tot 28 graden Celsius, dus iets hoger dan normaal. Het water moet zacht en zuur zijn (pH 6 en GH <12). Het beste kan worden gefilterd over turf.
Geef het koppel, voor ze in de kweekbak worden geplaatst, een week lang veel levend voer. Dat zal de ei productie bij het vrouwtje op gang brengen.
Plaats het koppeltje in de kweekbak. De paring gebeurt vaak de volgende ochtend, gebeurt er niets dan kan een gedeeltelijke waterverversing ook nog wel eens helpen voor het aanzetten tot de paring. Na de ei afzetting kunt u de ouders verwijderen, hun taak zit er nu op. Vaak worden er zo'n 200 eitjes afgezet. De jongen komen na ongeveer 1 tot 2 dagen uit. Als ze vrij gaan zwemmen, meestal 5 dagen na het uitkomen, kan men ze voeren met stofvoer en pas uitgekomen Artemia-naupliën. Voer ze meerdere malen per dag kleine beetjes, dat bevorderd de groei van de jongen.